VARSSEVELD – Jong, sportief, gezond, geen onderliggend lijden, nul overgewicht. Toch scheelde het maar een haar of Lucel ten Have uit Varsseveld had het coronavirus niet overleefd. Ze heeft er het boek ‘Adembenemend’ over geschreven, met dagboekfragmenten van echtgenoot Jürgen.

Door: Erik Hagelstein

Niets wijst er twee jaar geleden op dat Lucel ten Have-Krabben uit Varsseveld ernstig ziek gaat worden. Ze werkt als reisadviseur, eet uit haar eigen moestuin, houdt van mountainbiken en hardlopen. Toch gaat het vreselijk mis nadat ze besmet raakt met het coronavirus, vermoedelijk op 10 maart 2020.

Man Jürgen en hun jongvolwassen kinderen Esmé, Bob en Iris maken zich ernstig zorgen. De pandemie is nog vers, het coronacentrum in Doetinchem stuurt haar een paar keer naar huis. Pas op 6 april blijkt de ernst van haar situatie. ,,Ik was te ziek om in de wachtkamer op de stoel te zitten, toen ben ik maar op de grond gaan liggen.”

Na vier weken ontwaakt ze en dan breekt voor haarzelf de ergste periode aan. ,,Ik raakte in een IC-delier, dat was echt beangstigend. Ik wist niet waar ik was, wat er aan de hand was. Ik had hallucinaties, kon niet praten, was totaal verlamd.”

Jürgen: ,,We waren zo blij dat ze wakker was en haar ogen open had. We dachten: ze is er weer. Eigenlijk was ze verder weg dan ooit. Maar dat realiseerde ik me later pas.”

Zondag wordt in Varsseveld het boek gepresenteerd dat Lucel (53) over haar ervaringen heeft geschreven, getiteld ‘Adembenemend’. Het is een aangrijpend, maar geen verdrietig verhaal. ,,Dat was de eerste versie wel, maar die heb ik weggegooid. Ik dacht: hier heeft niemand iets aan.”

Integraal onderdeel van het boek zijn dagboekfragmenten van echtgenoot Jürgen (55). ,,Ik kreeg het advies om dingen op te schrijven. Vooral voor haar, belangrijk voor de verwerking. Toen ze vroeg of ze mijn teksten mocht gebruiken heb ik gezegd: doe maar. Er staat niks geks in.”

Kaartje van verpleging

Er lopen twee rode draden door het boek van de Varsseveldse, naast haar persoonlijke strijd en de langdurige revalidatie. Hartverwarmend is de inzet en de betrokkenheid van artsen, verpleegkundigen en therapeuten. Jürgen wordt voortdurend op de hoogte gehouden, iedereen in het Slingeland staat dag en nacht voor hem klaar. De verpleging stuurt zelfs een lief kaartje om het gezin een hart onder de riem te steken.

Dan is er de betrokkenheid van familie en vrienden. En vooral van haar eigen gezin. Jürgen mixt en stuurt elke dag spraakfragmenten van mensen die Lucel steunen, voorzien van favoriete popliedjes. ,,De verpleging speelde die voor haar af, toen ze in coma lag. Ik had begrepen dat mensen in zo’n situatie misschien toch dingen horen.’’ Het aantal kaartjes en steunbetuigingen is enorm.

Op 20 mei, pakweg zes weken na haar ziekenhuisopname, wordt Lucel per ambulance voor revalidatie naar Klimmendaal in Arnhem gebracht. Buitenmens als ze is ruikt ze op de brancard voor het eerst weer de geur van bomen, gras en de verse regen die is gevallen. De Varsseveldse barst in tranen uit. ,,Toen zeiden de verplegers en het ambulancepersoneel: ‘We laten je even staan. Geniet er maar van’.”

Fietsen en wandelen

Tot 19 juni verblijft ze intern in Arnhem en werkt ze stukje bij beetje aan haar herstel. Dan mag ze naar huis en wordt de revalidatie poliklinisch voortgezet in Terborg. Nu, twee jaar later, is ze er aanzienlijk beter aan toe. ,,Lichamelijk en psychisch gaat het eigenlijk best goed, al is mountainbiken gewoon fietsen geworden en hardlopen wandelen. Ik geniet enorm van de kleine dingen. Die worden na zo’n ervaring heel groot.”

Cognitief moet ze nog stappen maken. Meerdere dingen tegelijk doen, concentratie vasthouden, dat lukt maar moeizaam. ,,Ik heb mijn werk gedeeltelijk weer opgepakt, dat is al bonus. Wat de toekomst verder brengt zal blijken.”

Bron: de Gelderlander Achterhoek 14/03/33